IT'S NOT ONE in Dutch translation

• het is niet één
• het is niet een
• het niet één
• dat is er geen
• het was niet een

Examples of using It's not one in English and their translations into Dutch

So it's not one, but two things we nailed.
Dus het is niet één, maar twee dingen die we realiseerden.

Listen. It's not one man screaming.
Luister. Het is niet één man.

It's not one man screaming! Listen!
Luister. Het is niet één man!

It's not one person.
Het is niet één persoon.

It's not one machine.
Het is niet één machine.

But it's not one that can't be undone.
Maar het is niet één die niet ongedaan kan worden gemaakt.

It's not one of the 52 cards in a deck.
Het is niet één van de 52 speelkaarten.

What is it? No, it's not one thing.
Wat is het?- Nee, het is niet één ding.

And suddenly it's not one pair of shoes
En plots is het niet één paar schoenen

It's not one of my better moments.
Het was niet één van mijn betere momenten.

Actually, it's not one of my sons.
Eigenlijk is het niet een van mijn zoons.

If it's not one thing, it's another.
Als het niet een is, is het de andere.

It's not one of the serial numbers in the affected range OR.
Het serienummer is niet één van de serienummers die in aanmerking komen.

It's not one big dragon. It's tons of little ones!.
Dat is niet één draak, maar allemaal kleintjes!

It's not one, but not terrible.
Het is er niet één, maar wel te overzien.

It's not one of us.
Het is niemand van ons.

It's not one or the other.
Het is niet het een of het ander.

It's not one of the Judds, you Zagnut.
Dat is er niet eentje van de Judds, sukkel.

It's not one of these?
Hangt ie er niet?

Unless it's not one of his enemies.
Tenzij het niet een van zijn vijanden is.