NEED A CIGARETTE in Dutch translation

[niːd ə ˌsigə'ret]
[niːd ə ˌsigə'ret]
heb een sigaret nodig
wil een sigaret
moet een sigaret
moet roken
have to smoke

Examples of using Need a cigarette in English and their translations into Dutch

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
It feels like I need a cigarette. How does it feel?
Hoe voelt 't?- Ik wil 'n sigaret.
I think I need a cigarette.
Ik denk dat ik een sigaret nodig heb.
I need a cigarette.
Ik moet een sigaret hebben.
I desperately need a cigarette.
Ik heb behoefte aan een sigaret.
I need a cigarette.
Ik moet 'n sigaret hebben.
I need a cigarette.
Ik moet een peuk hebben.
I need a cigarette.
Ik snak naar een sigaret.
I need a cigarette.
Ik snak naar 'n sigaret.
I need a cigarette.
Right… I need a cigarette.
Goed, ik ga even roken.
I need a cigarette. And I was so sure he was.
En ik was ervan overtuigd… Ik heb een sigaret nodig.
You need a cigarette, because you used to smoke
Je wilt een sigaret, want je rookt nu niet meer,
It's 3:00 a.m., you need a cigarette, and the only place that's open is an EZ Pick that's five miles down the road.
Het is 03:00u, je hebt een sigaret nodig… en de enige winkel die open is is een plaatselijke supermarkt.
you finish a book, you used to smoke but quit,… You need a cigarette, because.
dan neem je er een. Je wilt een sigaret, want je rookt nu niet meer.
Yeah, I needed a cigarette.
Ja, ik had een sigaret nodig.
Who needs a cigarette now?
Behoefte aan een sigaret?
I need a cigarette.
Ik moet even roken.
I need a cigarette.
Ik wil even roken.
I need a cigarette anyway.
Ik moet toch een sigaret roken.
You need a cigarette?
Results: 376, Time: 0.0491

Word-for-word translation

Top dictionary queries

English - Dutch