NEED A NAME in Dutch translation

[niːd ə neim]
[niːd ə neim]
moeten een naam
need a name
wil een naam
want a name
need a name
moet een naam hebben
need a name
must have a name
moeten een naam hebben
need a name
must have a name
hebt een naam nodig
need a name
willen een naam
want a name
need a name
moet een naam
need a name

Examples of using Need a name in English and their translations into Dutch

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
We need a name.
We moeten een naam krijgen.
I need a name.
We need a name, Cheech.
We willen een naam, Cheech.
You need a name.
Jij hebt een naam nodig.
We need a name for it.
We need a name, Joe.
We moeten een naam hebben, Joe.
I need a name, not a recipe.
Ik wil een naam, geen recept.
I need a name for my bike.
Ik heb een naam nodig voor mijn fiets.
We need a name.
We moeten een naam weten.
Who? I need a name.
Ik moet een naam hebben. Wie?
We need a name.
We willen een naam.
I need a name, goddamn it.
Ik moet een naam hebben.
We need a name, Joe.
We hebben een naam nodig, Joe.
Yes, we need a name.
Ja, we moeten een naam hebben.
You need a name, a fighter's name..
Je hebt een naam nodig, een vechtersnaam.
I need a name, McGee.
Lk wil een naam horen, McGee.
I need a name, McGee.
Ik heb een naam nodig, McGee.
We can protect you, but I need a name to verify.
We kunnen je beschermen, maar ik moet een naam hebben.
We need a name.
We moeten een naam hebben.
We need a name from mitch.
We hebben een naam nodig van Mitch.
Results: 215, Time: 0.0477

Word-for-word translation

Top dictionary queries

English - Dutch