PASSED AWAY WHEN in Dutch translation

• overleed toen
• overleden toen

Examples of using Passed away when in English and their translations into Dutch

My mum passed away when I was 11.
M'n moeder is overleden toen ik elf was..

My mom passed away when I was like eleven.
M'n moeder is overleden toen ik elf was..

She passed away when I was nine.
Ze is overleden toen ik negen was..

Actually, they passed away when we were young.
Eigenlijk zijn ze overleden Toen we nog klein waren..

He passed away when I was 5.
Hij is overleden toen ik vijf was..

He passed away when I was five.
Hij is overleden toen ik vijf was..

My dad passed away when I was in high school.
Mijn vader is overleden toen ik een tiener was..

She passed away when I was 11.
Ze is overleden toen ik elf was..

She passed away when I was eleven.
Ze is overleden toen ik elf was..

They were. My mum passed away when I was six.
Waren ze ook. M'n moeder is overleden toen ik zes was..

I had an older sister, but… she passed away when I was three years old.
Ik had een oudere zus, maar… ze overleed toen ik drie was.

His father passed away when his mother was pregnant with him salawatullahi was-salaamu'alayk.
Zijn vader was overleden toen zijn moeder zwanger was van hem salwatullahi was-salaamu'alayk.

My husband, Mark, passed away when Craig was still in elementary school.
Mijn man Marc, is overleden, toen Craig nog op de lagere school zat.

Alip's parents both passed away when Alip was young,
Alip's ouders zijn allebei overleden toen Alip erg jong was,

He passed away when he was 46 and my mother was 13 when he died….
Hij was overleden toen hij 46 was en mijn moeder was toen 13….

uh, passed away when Sarah was about five.
mijn vrouw, is overleden toen Sarah vijf was..

Karel van Wijnendaele had long since passed away when Johan Museeuw won the Tour for the third time in 1998,
Karel van Wijnendaele was allang overleden toen Johan Museeuw de Ronde voor de derde keer won in 1998,

I had a brother pass away, when I was little.
Ik had een broer die is overleden toen ik klein was..

She passed away when he was 11.
Overleden toen hij 11 was.

He passed away when I was two.
Hij ging dood toen ik twee was.