ABHOLT - vertaling in Nederlands

• ophaalt
• op te halen
• komt ophalen
• komt halen
• oppikt
• op te pikken
• oppikken
• ophalen
• komen ophalen
• ophaalde

Voorbeelden van het gebruik van Abholt in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Wir lassen dich erst gehen, wenn er dich abholt.
We kunnen je pas laten gaan als hij je komt halen.

Ich hasse es, wenn er mich abholt.
Ik haat het als hij me ophaalt.

Meine Herren, Sie können jetzt jemanden anrufen, der Sie abholt.
Heren, jullie mogen iemand bellen die jullie komt ophalen.

große Schwester abholt. Hey, Abby.
slechte zus komt oppikken. Hey, Abby.

Ich schicke jemanden, der sie abholt.
Ik stuur wel iemand langs om het op te pikken.

Ich schick einen Wagen der Sie abholt und zurückbringt.
Ik laat jullie ophalen en terug brengen.

Das muss der sein, der sie immer mit dem Fahrrad abholt.
Hij moet degene zijn die haar oppikt met zijn fiets.

Ich schicke einen Fahrer, der dich abholt.
Ik stuur iemand om je op te halen.

Ich will, dass Vangelis mich abholt.
Ik wil dat Vangelis me komt halen.

bis die Polizei uns abholt.
de politie komt en ons ophaalt.

Und wenn sie niemand abholt?
En als niemand haar komt ophalen?

Er wird sich wundern, warum er einen Teenager abholt,?
Dus waarom zou hij een vreemde tiener oppikken?

Admiral Canaris schickt ein U-Boot, das Sie vor Schottland abholt.
Admiraal Canaris stuurt een U-boot om je voor de Schotse kust op te pikken.

Jemanden, der Sie abholt.
Kan er iemand je komen ophalen?

Ich schicke einen Wagen, der euch abholt.
Ik laat jullie ophalen.

Er schickt jemanden, der sie heute abholt.
Hij stuurt vandaag iemand om ze op te halen.

Bis die Polizei ihn abholt? raucht seine Zigarre und?
En dan een sigaartje roken tot de politie hem komt halen?

Ich habe keine Ahnung, wer es abholt.
Ik weet niet wie het oppikt.

Die Dame, die jeden Tag ihre Post abholt.
Die vrouw die haar post ophaalt.

Ich rufe Mom an, damit sie dich abholt.
Ik zal mam bellen zodat ze je komt ophalen.