Voorbeelden van het gebruik van Bonbons in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Erfolg- ruhm- bier- bonbons.
Wieso hast du nichts zum Frühstück mitgebracht, wie Schokoladenriegel, Bonbons und Coca Cola?
Waarom heb je geen ontbijt gehaald zoals… Twix, toffees en limonade?Und die Seelenklempner verschreiben es wie Bonbons.
Keine Bonbons mehr.
Geen gomballen meer.Wir haben im Whirlpool gesessen, Bonbons gelutscht Oh, das tut mir so leid, Frank.
Du stiehlst keine Bonbons mehr, das ist kein Spass.
Je steelt geen lollies meer, Humpty.Ich bin nicht hier, weil ich Bonbons geklaut habe.
Want ik zit hier niet omdat ik snoep heb gestolen.Bonbons für eine ganze Woche.
Bonbons voor een hele week.Konzentrier dich auf die Bonbons.
Concentreer je op het snoep.Sje kaufte jhm Bonbons.
Ze kocht snoepjes voor hem.Rumsitzen, Oprah sehen und Bonbons essen?
De hele dag thuis zitten, naar Oprah kijken en bonbons eten?Anne hat mir Bonbons verschrieben.
Anne heeft snoep voorgeschreven.Bonbons features wild Symbole,
Snoepjes functies wilde Symbolen,Und diese kleine Peggy isst Bonbons.
En deze Peggy eet bonbons.Am besten mit Sprite und zerkrümelten Bonbons.
Je kunt het het beste met Sprite en snoep nemen.Dein papi dachte, es seien Bonbons, und wollte sie essen.
Je vader dacht dat het snoepjes waren en wilde ze opeten.Ich hab deine Bonbons.
Ik heb je bonbons.Und die haben noch meine Bonbons.
Ze hebben m'n snoep nog.Hat sie dich mit Bonbons angelockt?
Had ze je met snoepjes gelokt of zo?Ich kann dir jetzt keine Bonbons bringen.
Het spijt me, ik kan je nu geen bonbons brengen.
