RADELN - vertaling in Nederlands

fietsen
radfahren
fahrradfahren
rad fahren
radeln
radsport
biken
fahrräder
bikes
radtouren
bergsport
fietst
radfahren
fahrradfahren
rad fahren
radeln
radsport
biken
fahrräder
bikes
radtouren
bergsport
fiets
radfahren
fahrradfahren
rad fahren
radeln
radsport
biken
fahrräder
bikes
radtouren
bergsport
op de fiets
auf dem fahrrad
auf dem rad
auf dem motorrad
radtouren
auf dem bike
radfahren
radeln

Voorbeelden van het gebruik van Radeln in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Ich kann nicht so durch die Gegend radeln.
Ik kan zo niet over het terrein fietsen.
Aber von Ben aus könnte ich zur Arbeit radeln.
Maar bij Ben kan ik naar het werk fietsen.
Ich würde für kein Geld der Welt tagelang neben einem Highway radeln.
Ik zou voor geen geld dagenlang over grote wegen willen fietsen.
Du kannst nicht bis zur Arbeit radeln, wir sind hier nicht in Amsterdam.
Je kunt niet zomaar naar je werk fietsen.
Also unterstütze ich jetzt dein Radeln.
Dus ik steun je met het fietsen.
Fischen, treiben, wandern oder radeln.
Vissen, dobberen, wandelen of fietsen.
Damit wollte ich am folgenden Wochenende zu ihr in die Stadt radeln.
Ik wilde die fiets zondag gebruiken om haar in de stad te bezoeken.
Guter Ausgangspunkt zum Radeln nach Lübbenau, Lehde, Leipe.
Goed uitgangspunt voor fiets naar Lübbenau, Lehde, Leipe.
Hoy inspirierte radeln im Alter von sechs Jahren nach der 1982 Film E.T.
Hoy werd geïnspireerd om te fietsen op de leeftijd van zes door de 1982 film E.T.
Radeln Sie zu Ihren perfekten Picknickplätzen.
Fiets naar uw perfecte picknickplekjes Actieve vakantiesÂ.
Zwischendurch radeln Sie durch Dünen, Wälder
Tussendoor trap je door duinen, bossen
Am folgenden Wochenende wollte ich zu ihr in die Stadt radeln.
Ik wilde die fiets zondag gebruiken om haar in de stad te bezoeken.
Anschließend radeln Sie am Ufer der Oosterschelde entlang weiter nach Bruinisse.
Daarna trap je langs de waterlijn van de Oosterschelde door naar Bruinisse.
Wie soll man dorthin radeln?
Hoe kom je daar op een fiets?
Ich wollte radeln, habe aber einen Platten.
Ik wilde een stukje gaan fietsen, maar heb een lekke band.
Sie radeln nach Vermont, um bei Ians transphobischer Oma zu leben.
Ze fietsen naar Vermont om bij Ians transfobe oma te gaan wonen.
Nach den Bluttests werden Sie bald wieder radeln.
Zal je weer gaan fietsen… in een mum van tijd.- Na de bloedtesten.
Wir schwimmen und wir radeln.
We zwemmen en we fietsen, we maken veel plezier.
Von Den Burg aus können Sie über De Dennen zurück nach De Koog radeln.
Vanaf Den Burg kunt u via De Dennen terug naar De Koog. Texelfan?
Am folgenden Wochenende wollte ich zu ihr in die Stadt radeln.
Ik wilde die gebruiken om het weekend naar de stad te rijden.
Uitslagen: 122, Tijd: 0.0645

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands