UNBESIEGBAR - vertaling in Nederlands

onoverwinnelijk
unbesiegbar
unverwundbar
unbezwingbar
unschlagbar
unaufhaltbar
unüberwindlich
unverletzbar
unbesiegbarkeit
onverslaanbaar
unschlagbar
unbesiegbar
zu schlagen
unbezwingbar
onkwetsbaar
unverwundbar
unbesiegbar
unantastbar
unzerstörbar
unverletzbar
unangreifbar
unversehrbar
onverwoestbaar
unzerstörbar
unverwüstlich
unbesiegbar
unverwundbar
unverletzbar
unkaputtbar
om te verslaan
zu schlagen
zu besiegen
unbesiegbar
onoverwinlijk
onzichbaar

Voorbeelden van het gebruik van Unbesiegbar in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Weil wir unbesiegbar sind.
Want we zijn onverwoestbaar.
Mit seinem Zauberstab war er unbesiegbar.
Met zijn magische staf was hij onoverwinnerlijk.
Ich will nicht unbesiegbar sein.
Ik wil niet onzichbaar zijn.
Ein geheimes Militärprojekt- normale Männer, unbesiegbar gemacht.
het leger in het geheim gewone mensen onkwetsbaar maakt.
Aber er weiß doch, dass Supergirl unbesiegbar ist.
Maar hij weet dat Supergirl onverslaanbaar is.
Es ist… Wie eine Erinnerungs-Notiz, dass ich nicht unbesiegbar bin.
Het is een soort geheugensteuntje dat ik niet onoverwinnelijk ben.
Er ist nicht unbesiegbar.
Hij is niet onverwoestbaar.
Mit seinem Zauberstab war er unbesiegbar.
Met zijn magische staff was hij onoverwinnerlijk.
Niemand ist unbesiegbar.
Niemand is onverslaanbaar.
Dank Tommy war ich unbesiegbar.
Dankzij Tommy was ik onkwetsbaar.
Wir sind nicht unbesiegbar.
We zijn niet onoverwinnelijk.
Weil ich unbesiegbar bin.
Hoezo?-Ik ben onverwoestbaar.
Er ist auf der Höhe seiner Macht, fühlt sich unbesiegbar.
Hij is op het hoogtepunt van zijn macht en voelt zich onoverwinnelijk.
Wir sind nicht unbesiegbar.
We zijn niet onkwetsbaar.
Selbst, wenn Sie unbesiegbar sind.
Ook al ben je onverwoestbaar.
Ohne Zünglein ist das Konzil unbesiegbar.
Zonder Tongie, is de raad onverslaanbaar.
Überzeugt, dass wir unbesiegbar waren.
Ervan overtuigd dat we onoverwinnelijk waren.
Du bist unbesiegbar.
Je bent onverwoestbaar.
kann ich Sie unbesiegbar machen.
kan ik je onkwetsbaar maken.
Zusammen wart ihr unbesiegbar.
Waren jullie onverslaanbaar.
Uitslagen: 466, Tijd: 0.1072

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands