WORK TOMORROW - vertaling in Nederlands

[w3ːk tə'mɒrəʊ]
[w3ːk tə'mɒrəʊ]
morgen werken
work tomorrow
work in the morning
a shift tomorrow
het werk morgen
work tomorrow
werk morgen
work tomorrow
work in the morning
a shift tomorrow
werkt morgen
work tomorrow
work in the morning
a shift tomorrow

Voorbeelden van het gebruik van Work tomorrow in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
We gotta work tomorrow.
Wij moeten morgen werken.
We have work tomorrow.
We moeten morgen werken.
No. I have work tomorrow.
Nee, ik moet morgen werken.
And I have to work tomorrow.
Ik moet morgen werken.
I gotta work tomorrow.
Ik moet morgen werken.
I start work tomorrow at nine.
Ik moet werken, morgen om 9 uur.
I have to work tomorrow.
Morgen werk ik.
I got work tomorrow. Yeah.
Ik moet werken morgen. Ja.
Yeah. I got work tomorrow.
Ik moet werken morgen. Ja.
We work tomorrow.
We werken morgen.
but I have work tomorrow.
maar ik moet werken morgen.
And we have work tomorrow.
En we moeten werken morgen.
We both have to work tomorrow.
We moeten allebei werken morgen.
Plus, I have to work tomorrow.
Plus, ik moet werken morgen.
I have to work tomorrow.
Ik moet werken morgen.
I have work tomorrow.
Ik moet werken morgen.
Just upgrade today, and work tomorrow!
Upgraden alleen vandaag, en werken morgen!
We have to work tomorrow.
We moeten werken morgen.
But you have got work tomorrow.
Maar je moet werken, morgen.
Yeah. I got work tomorrow.
Ja. Ik moet werken morgen.
Uitslagen: 158, Tijd: 0.0692

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Engels - Nederlands