Voorbeelden van het gebruik van Bear in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Zijn naam was Bear.
Ik kijk ernaar uit om Bear te zien.
Marge en yogi bear.
Je hebt je Mr Square Bear gezicht.
Is z'n achternaam The Bear of Robinson?
Marge en Yogi Bear.
Ledereen in de stad kende Ed Little Bear.
Hier is Bear.
Ed Little Bear werd vermoord?
opperhoofd Little Bear.
Onze oude vriend Crazy Bear.
Hij vermoordde Ed Little Bear niet. Moordenaar!
Crazy Bear.
Meer. Meer.- Nee, Crazy Bear.
Maar die heeft dit niet gedaan. Alleen Bear.
Hij heette Harry Bear Styles.
Lisa, hallo, mijn naam is John Squawking Bear.
En ik van jou, Mama Bear.
Geruchten. Over een motel in Red Bear Lake?
Hij weet wie Yogi Bear is!