Voorbeelden van het gebruik van Clara in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Hij was gehuwd met Clara Joosten.
Leland Duncan, zoon van Orland en Clara Duncan, Mormoonse missionarissen.
Wat wilde die jongen van Clara?
Clara is waarschijnlijk in het huis.
Filips was de oudste zoon van hertog Bogislaw XIII en Clara van Brunswijk-Lüneburg.
Marty… Clint, ik breng Clara thuis.
We moeten dat zilveren spul uit het pak van Clara trekken.
Clara gaat nergens heen.
Het kwam van het huis van Clara Whethers.
Toen vroeg Clara.
Clara. Ik hou van je. Emmett!
Ik vraag me ook af wat er met Clara Riggins gebeurd is?
Ik maakte me zo'n zorgen om je. Zuster Clara.
Hallo. Clara? Wat leuk om je te zien!
ik u vertelde… dat haar naam Clara Staalboom is?
alsjeblieft, zuster Clara.
Clara was bijna van de wip gevallen.
En dat zijn Matt en Clara.
Het is Clara.