Voorbeelden van het gebruik van Concha in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
En arme kleine Concha.
Ben je gek, Concha?
En Concha gaat akkoord?
Ik laat Concha je spullen uitpakken.
Concha, laten we hier weggaan!
De nieuwe roman van Concha Torres.
Ga niet weg, Concha, alsjeblieft.
Slaapt Concha nog steeds?
Je bent van slag. Concha.
Je bent een geweldige vrouw, Concha.
Heet ze toevallig Concha Torres?
Concha Torres, een literair genie.
Ik werd op Concha Cayo gepakt.
Concha… Ik mag je niet.
Mijn Tante Concha heeft hem gezien.
Ben je nu tevreden, Concha?
Ga weg bij de deur, Concha.
Hoe heb je dat verdiend, Concha?
Concha, hoe kun je nu grappen maken?
Hoorde je wat ik zei, Concha?