Voorbeelden van het gebruik van Deb in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Megan, Charlie, Deb en Tom.
Na wat hij Deb heeft aangedaan.
Nee, Deb.
Sorry dat ik Deb niet ben.
Ze is in Afghanistan, Deb.
Kom op, Deb A. Deb A….
Deb, terwijl Android apps zijn APK-bestand.
Deb?-Ja, ik ben het.
Deb.- Ik ben al wakker.
Deb.- Ik kan het niet accepteren.
Deb?- In de hobbykamer?
Deb.- Ik heb me laten overhalen.
Deb. Wat hebben we hier?
Goed, Cody, help je tante Deb even de tafel te dekken?
Dat kunnen we pas als we weten welke Deb 't is.
Goed, Cody, help je tante Deb even de tafel te dekken?
Je kunt haar niet altijd bij de hand nemen, Deb.-Ja.
Deb haar geld en creditcards zijn weg en Lundy's horloge
Deb, ik ben het nog steeds.
De man waar Deb naar op zoek was.