Voorbeelden van het gebruik van Helene in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Hallo, Helene, ik ben het.
Het is Helene.
Helene, ik wacht op je bij het dok!
Dat is mijn tante Helene.
Jij zou me vertellen waar Helene zit?
Jij zou me vertellen waar Helene zit.
En dan de rest. Eerst Helene.
Voor m'n jarige vriendin Helene.
Je gaat me vertellen waar Helene is?
Ik ben Helene.
En toen ontmoette je Helene.
Fascinerend. Met Helene McCready.
Je hebt van Helene gehoord,?
Maar ik zal spoedig sterven, Helene.
Nee, hou op, Helene.
Dan had je Helene moeten kiezen.
Helene is vroom en knap.
Helene was trots op wat Cathrin voor haar gedaan had.
Ik wil Helene even spreken.
Ik moet Helene te pakken krijgen.