Voorbeelden van het gebruik van Jasmijn in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Jasmijn in juni is vol geur.
Lara, herriner je je de Jasmijn nog die groeit maar in één tempel?
Je hebt jasmijn uit de grond getrokken
Een mengsel van jasmijn en zoete tamale.
Een tuin waar je overdag de kruiden ruikt… en 's avonds de jasmijn.
Ruik je die jasmijn?
En jasmijn.
alle andere kaarsen hier jasmijn waren, nietwaar?
Au! Wie haalt jou op, Jasmijn?
Hij iemand je geduwd, Jasmijn?
Het is enkel een illusie, Jasmijn.
Blaast door het jasmijn.
Wie haalt jou op, Jasmijn? Au!
Die geur van jasmijn.
Geen jasmijn.
Een tuin waar je overdag de kruiden ruikt en 's avonds de jasmijn.
Is dat jasmijn?
Lily en Jasmijn.
Nu weten we van Lily en Jasmijn.
Pa. Ondertiteld door: Jasmijn de Korte.