Voorbeelden van het gebruik van Dat is jack in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Dat is Jack en Jeremiah.
Dat is Jack.
Dat is Jack Chapman, onze technicus.
Die vriend… dat is Jack Beauregard, he?
Die vriend… dat is Jack Beauregard, hè?
Dat is, Jack Benjamin.
Dat zijn Jack en Megan.
Maar dat was Jack.
Dat was Jack Hansson.
Dat zijn Jack, Linda, Mona
ik ben Bobby, dat zijn Jack en Jeremiah.
Dat was Jack.
Dat zijn Jack, Vic, Travis en Dean.
Dat was Jack… en dit is Jill.
Dat waren Jack en Fabrizio.
En dat was Jack.
Helen, dat is Mr Allen. En dat zijn Jack en Robbie.
Dat was Jack, weet je nog?
Oké. Dat was Jack.
Oké. Dat was Jack.