Voorbeelden van het gebruik van Hij is knap in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Hoezo? Hij is knap.
Hij is knap en perfect.
Hij is knap en verliefd op mij.
Hij is knap. Hij is erg aardig.
De Broederschap?-Hij is knap en slim.
Hij is knap, maar op een foute manier.
Hoezo? Hij is knap.
Hij is knap, hij is voorkomend en zou me nooit kwetsen.
Hij is knap en perfect.
Hij is knap, Pete.
Maar hij is knap, toch?
Sorry, hij is knap, jij bent knap. .
Hij is knap genoeg.
En hij is zo… Hij is knap.
Hij is knap en geweldig en… geweldig.
Hij is knap.
Hij is knap en aardig.
Feit, hij is knap.
Hij is knap en charmant.