Voorbeelden van het gebruik van Bunk in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Welterusten, Bunk.
Bel anders Bunk.
En jij, Bunk?
Let op de deur, Bunk.
Wat zou Bunk doen?
Dit moet lukken, Bunk.
Meestal is't Bunk die kotst.
Vraag maar aan Bunk.
Waarom trakteer je, Bunk?
Bunk heeft 'n arrestatiebevel voor Partlow.
Ik bel Top Bunk.
We gaan je zien, Bunk.
Hoe is ie, Mr Bunk?
Bunk viste dit uit z'n zak.
Bunk, een spuitje voor je gedachten.
Hij zat bij Bunk Moreland en Herc.
Neem de telefoon niet op, Bunk.
Door Bunk die aan z'n zaak werkt.
Met Bunk Moreland… Stringers huis aan het doorzoeken.
Het laboratorium vindt niets van Bunk.