Voorbeelden van het gebruik van Bjarne in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Hij is Bjarne.
Weg met Bjarne.
Is Bjarne hier?
Hoewel Bjarne ertegen was.
Bjarne is ziek.
Kjell Bjarne is verliefd.
Bjarne zat in de gevangenis.
En Bjarne dan?
Wacht hier, Kjell Bjarne.
Bjarne is er nog niet.
Het gaat over Bjarne.
Zo werkt 't, Bjarne.
Nee maar ik ken Kjell Bjarne.
Bjarne ThÃgersen kreeg vijf jaar.
Jij slaapt hier Kjell Bjarne.
Goed gedaan, Kjell Bjarne!
Is dat Svend en Bjarne.
Rustig aan, Kjell Bjarne.
Dan is 't voorbij, Bjarne.
Bjarne ThÃgersen gaf zichzelf aan en bekende.