Voorbeelden van het gebruik van June in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ik ben altijd maandag June.
ik vind normale June leuker.
kun je pleiten dat June een co-creator is.
waaronder June.
Ik heb een May en een June gekend, maar geen April.
Bloembedden en bloembedden June 2019.
Ik bedoel, wat is dan nog een week of twee weken June?
Denk je dat Elaine June gemolesteerd heeft?
Betrekkingen none June 2019.
Hoe gaat het met je, June?
Je kent June wel?
Ik had hem niet te eten gevraagd, maar ik wou June niet van streek maken.
Ik heb… ik heb June.
Het is June.
Ik vertrouwde June.
Emmanuel stalkt ons. Hij stalkt June.
Ze heette June Wiggley.
June 7.2 is opgericht door Belgisch internationaal model Ingrid Seynhaeve en Argentijns designer Jacquie
Neil richt op agent Valenti, maar June komt tussenbeide en houdt haar hand ervoor,
June en Day raken betrokken bij de plannen een aanslag te plegen op de nieuwe Elector.