LEVÍ - vertaling in Nederlands

levi
leví
levi's
levíleví

Voorbeelden van het gebruik van Leví in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Ecclesiastic category close
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Computer category close
  • Programming category close
hijos de Leví, que llevaban el arca del pacto del SEÑOR, y a todos los ancianos de Israel.
de zonen van Levi, die de ark des verbonds des HEEREN droegen, en aan alle oudsten van Israel.
Ciertamente los que de entre los hijos de Leví reciben el sacerdocio,
En zij die uit de zonen van Levi het priesterambt ontvangen,
15Cuenta los hijos de Leví según las casas de sus padres,
15Tel de zonen van Levi naar het huis hunner vaderen,
Y estos son los nombres de los hijos de Leví por sus linajes: Gersón, y Coath, y Merari: Y los años de la vida de Leví fueron ciento treinta y siete años.
Dit nu zijn de namen der zonen van Levi, naar hun geboorten: Gerson, en Kehath, en Merari. En de jaren des levens van Levi waren honderd zeven en dertig jaren.
Por eso la Palabra de Dios nos dice que“Enoc siguió andando con el Dios verdadero,” que“Noé andaba con el Dios verdadero,” y que Leví, es decir, el sacerdocio levítico,
Zo wordt ons in Gods Woord verteld, dat 'Henoch met de ware God bleef wandelen', 'Noach met de ware God wandelde' en dat Levi, dat wil zeggen de levitische priesterschap,
también que Leví, descendiente de este(en la cultura hebrea el padre siempre era superior al hijo).
daarom groter dan Abrahams nakomeling Levi(aangezien de vader in de Hebreeuwse cultuur altijd superieur was aan de zoon).
Benjamín y Leví tuvo que decidir sobre un nombre alternativo.
Benjamin en Levi een alternatieve naam verzinnen.
llamó su nombre Leví.
daarom noemde zijzijn naam Levi.
llamó su nombre Leví.
daarom noemde zij zijn naam Levi.
Entonces dijo Jacob á Simeón y á Leví: Habéisme turbado con hacerme abominable á los moradores de aquesta tierra, el Cananeo y el Pherezeo;
Toen zeide Jakob tot Simeon en tot Levi: Gij hebt mij beroerd, mits mij stinkendete maken onder de inwoners dezes lands, onder de Kanaanieten, en onder deFerezieten; en ik ben weinig volks in getal;
Educación En julio del 2009, Tomás Macanilla Leví, un Secoya de la comunidad Bellavista,
Onderwijs In juli 2009 heeft Tomás Macanilla Leví, een Secoya uit de gemeenschap Bellavista,
de la casa de Leví, había brotado, echado botones, dado flores y producido almendras maduras!
vond hij Aärons staf, die van de stam Levi, met bloesems en rijpe amandelen eraan!
Pues los hijos de Israel y los hijos de Leví llevan la contribución del cereal,
Want de kinderen Israels en de kinderen van Levi moeten hefoffer van koren,
Estos son los hijos de Leví según las casas de sus padres,
Dit zijn de kinderen van Levi, naar het huis hunner vaderen,
Leví fue el tercer hijo del patriarca Jacob,
Levi was de derde zoon van de patriarch Jakob,
y la tribu de Leví no va a recibir ninguna,
en de stam Levi zal er geen ontvangen,
Simeón y Leví, hermanos de Dina,
Simeon en Levi, broeders van Dina,
Porque a las cámaras han de llevar los hijos de Israel y los hijos de Leví la ofrenda del grano,
Want de kinderen Israels en de kinderen van Levi moeten hefoffer van koren, most en olie in die kameren brengen,
Porque a las cámaras del tesoro han de llevar los hijos de Israel y los hijos de Leví la ofrenda del grano,
Want de kinderen Israels en de kinderen van Levi moeten hefoffer van koren, most en olie in die kameren brengen,
Benjamín y Leví.
Benjamin en Levi waren.
Uitslagen: 291, Tijd: 0.0564

Top woordenboek queries

Spaans - Nederlands