MARCUS - vertaling in Nederlands

Voorbeelden van het gebruik van Marcus in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Computer category close
  • Programming category close
los huéspedes anteriores de Hotel Marcus.
voormalige gasten van Hotel Giovanella.
Es la patóloga principal en el caso de Marcus Webb.
Ze is de patholoog die de Marcus Webb-zaak doet.
Ya oyeron al hombre. Invita Marcus.
Jullie hoorden 'm, rondje van Marcus.
¿Cómo está Marcus?
Hoe gaat het met Marcus?
Jugábamos ajedrez en el parque Marcus Garvey.
We schaakten vroeger in het Marcus Garvey Park.
Me quedaré con usted hasta que Marcus esté bien.
Ik blijf hier bij u tot Marcus in orde is.
habla con Hannah sólo después de que Marcus se haya ido.
spreekt tot Hannah pas na Marcus heeft verlaten.
Ianka se ha ido. Ella y Marcus.
Ianka is samen met Marcus weg.
Somos los representantes oficiales de la piscina Marcus Foster.
We zijn de officiële vertegenwoordigers van de Marcus Foster Pool.
¿Qué pasará con Marcus si te vas?
Wat gebeurt er met Markus als je weggaat?
Salí con Marcus.
Ik was weg met Markus.
No hablo español, Marcus.
Ik spreek geen Spaans, Markus.
No. Pero esa es la forma Edgar dijo Marcus tenía que ser.
Nee, maar zo heeft Edgar het aan Marcus verteld.
encontrarás fortaleza.“~ Marcus Aurelius.
je zult kracht vinden', Markus Aurelius.
¿Cómo va Marcus?
Hoe gaat het met Marcus?
Espero que Marcus esté bien.
Ik hoop dat het goed gaat met Marcus.
Dijiste que era Marcus.
Je zei dat het Marcus was.
Paul,¿cómo está Marcus?
Paul, hoe gaat het met Marcus?
Estamos haciendo esto por Emma… Marcus y Gregg.
We doen het voor Emma, en voor Marcus en Greg.
No creo que sea Marcus.
Ik denk niet dat het Marcus is.
Uitslagen: 3244, Tijd: 0.0549

Top woordenboek queries

Spaans - Nederlands