Voorbeelden van het gebruik van Vitus in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Vendrás solo, Vitus.
Santo Vitus Cathedral praga.
Heilige Vitus Cathedral praag.¿Qué pasa, Vitus?
Wat is er, Vitus?Más sobre"Saint Vitus".
Meer van"Saint Vitus".Vitus, estás loco.
Vitus, je bent gek.¿Qué haces, Vitus?
Vitus, wat doe je?¿Dónde está Vitus?
Waar is Vitus?Soy el Dr. Vitus Werdegast.
Ik ben Dr. Vitus Werdegast.Pues eres como Vitus.
Je bent net als Vitus dus.¿Estás preocupado, Vitus?
Bent u bezorgd, Vitus?Vitus, no puedes hacerme esto.
Vitus, dat kun je me niet aandoen.Tú dormirás aquí, Vitus.
U kan slapen, Vitus.Así que tú eres Vitus.
Dus jij bent Vitus.Será mejor que vengas, Vitus.
Je zou beter komen, Vitus.¡Vitus!-¡Por fin!
Vitus, eindelijk!Jugaremos un pequeño juego, Vitus.
We zullen een spelletje spelen, Vitus.¿Estás contento, Vitus?
Ben je blij, Vitus?Vitus para recoger las entradas.
Vitus Kathedraal om uw tickets op te halen.¿Oíste eso, Vitus?
Heb je dat gehoord, Vitus?Ya tiene bastantes problemas con Vitus.
Ze heeft al genoeg problemen met Vitus.
