Examples of using Coassistent in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ik reageerde het af op je coassistent.
De deur was dicht, maar de coassistent noemde haar z'n vrouw.
Er was een crisis met een eerstejaars coassistent.
Michael Duke. Ik ben coassistent.
Alsof je pas nog mijn coassistent was.
François Challard. Ik ben de dienstdoende coassistent.
Broeder, nu ben ik coassistent.
Nu ben ik coassistent.
Maar niet meer op de coassistent kauwen.- Bedankt, Ethan.
Maar niet meer op de coassistent kauwen.- Bedankt, Ethan.
De coassistent deed wat hij dacht te moeten doen om de patiënt te helpen.
Ik ben coassistent, niet achterlijk.
Maar heb je als coassistent geen supervisie nodig?
Ik ben coassistent. Michael Duke.
Ik ben coassistent. Michael Duke.
Ga je van coassistent naar volwaardig arts?
Ik ben Jane, een coassistent.
Heb je een coassistent?
In mijn derde jaar als coassistent, was ik.
Nee, ik ben een coassistent.