Examples of using Construeren in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Gezamenlijk construeren/ Murtfeldt- Prestaties in kunststoffen.
Zij construeren architectuur en betekenis.
Je kunt geen afmetingen construeren. Dimensionale bouwkunde.
Construeren in hout wordt in Nederland steeds gebruikelijker.
Of gewoon configureren in plaats van construeren.
Construeren jezelf met naam Abelaâ €.
Je kunt geen afmetingen construeren. Dimensionale bouwkunde.
Speel kinderen met het construeren van reeksen en speelgoed.
We construeren onze realiteit in het vertellen van verhalen.
Het construeren en beheren van gebouwen heeft een grote milieu-impact.
Construeren van dynamische Co-working vergelijkingen van het hele model.
Construeren tegenstanders matrix.
Wij zullen de vormen en de inrichtingen construeren.
Het construeren van een raaklijn voor de cirkel tot het raakpunt.
Wij kunnen de vormen en de inrichtingen construeren.
Fouten te voorkomen bij het construeren WC_Order zonder ID.
Onze oplossing: een dunnere, lichtere kabelgoot construeren.
De middelen kunnen krijgen construeren van gebouwen die produceren.
we produceren en construeren.
Het construeren sump huis moet speciale betalenaandacht voor de finish.