Examples of using Eet jij in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Bij spanning, eet jij.
Tijdens de nacht eet jij mensen.
Wat eet jij voor ontbijt?
Eet jij een koekje?
Wat eet jij?
Bakplaten Eet jij vanavond samen of met een groep?
Eet jij hier elke dag?
Waar eet jij de lekkerste kreeft in Amsterdam?
Wanneer en waar eet jij op een bruiloft?
Waarom eet jij je sandwich zo raar?
Sinds wanneer eet jij bietjes?
Wat eet jij om gezond te blijven?
Eet jij tweemaal per week vis?
Eet jij ook, mama?
Waarom eet jij de koekjes van de Kerstman?
En dat eet jij dan op!
Sinds wanneer eet jij eend?
Wat eet jij dan?
Eet jij dan de volgende keer mijn radijsjes en uien?
Eet jij zulke dingen?