Examples of using Heeft zijn prijs in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Alles heeft zijn prijs.
Alles heeft zijn prijs.
Iedereen heeft zijn prijs, toch?
Iedereen heeft zijn prijs, McGarrett.
Iedereen heeft zijn prijs.
Iedereen heeft zijn prijs.
Elke man heeft zijn prijs, El Jafe.
Iedereen heeft zijn prijs.
Ieder mens heeft zijn prijs.
Elke advocaat heeft zijn prijs, zelfs jij.
Iedereen heeft zijn prijs.
Ieder man heeft zijn prijs.
Iedereen heeft zijn prijs.
Iedereen heeft zijn prijs, maar ik niet.
Elke man heeft zijn prijs.
Ieder mens heeft zijn prijs, Mr. Lightman.
Alles heeft zijn prijs, niemand hoeft dat zelf te verzinnen.
Alles heeft zijn prijs in het tegenovergestelde.
Maar iedereen heeft zijn prijs, nietwaar?
Alles heeft zijn prijs, liefje. Wat?