HIJ WAS ECHT in English translation

• he was really
• he was real
• he was truly
• he was very
• he was definitely
• he was genuinely
• he was so
• he was quite
• he sure was
• he was totally

Examples of using Hij was echt in Dutch and their translations into English

Hij was echt gemeen.
He was so mean.

Hij was echt verbaasd dat z'n werk in die e-mails staat.
He was genuinely surprised to see his work on those e-mails.

Nee, hij was echt.
No, he was real.

Kom op, hij was echt boos.
Come on, he was really mad.

Hij was echt tegen deze dingen.
He was very resistant to these things.

Nee, hij was echt verrast.
No. He was truly surprised.

Hij was echt trots op je.
He sure was proud.

Hij was echt getalenteerd.
He was quite talented.

Hij was echt vlot.
He was real smooth.

Hij was echt cool.
He was so cool.

Hij was echt geïnteresseerd in mijn stem.
He was really interested in my voice.

Hij was echt enthousiast over het feest dat hij zijn vrouw geeft.
He was genuinely excited about the party he was giving his wife.

En hij was echt knap.
And he was very cute.

Hij was echt dom.
He sure was stupid.

Hij was echt een van de grootsten.
He was truly one of the greats.

Oh, hij was echt zachtaardig voor mij.
Oh, he was real gentle with me.

Katherine. Hij was echt in de war over haar.
He was really messed up about her. Katherine.

Hij was echt gelukkig.
He was totally happy.

Dus hij was echt getikt?
So, he was quite crazy then?

Hij was niet aan het opscheppen, hij was echt opgewonden vanwege het feest.
He was giving his wife. He was genuinely excited about the party.