Examples of using Hij weet vast in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Hij weet vast wie Kim heeft laten doden.
Hij weet vast dat we hem aan Sahar hebben gelinkt.
Hij weet vast wie George heeft vermoord.
Hij weet vast hoe we Morgana kunnen verslaan.
Hij weet vast dat ik bij Davina ben geweest.
Hij weet vast dat ik 'n groot ego heb.
Hij weet vast alles over je kostbare buit.
Hij weet vast dat ik 'n groot ego heb.
Hij weet vast genoeg.
Hij weet vast wat er is gebeurd.
Hij weet vast dat ik het denk.
Hij weet vast heel veel.
Hij weet vast dat hij een zoon heeft.
Hij weet vast dat het team daar zit.
Hij weet vast veel over grondsoorten. Zo saai.
Hij weet vast iets.
Hij weet vast veel over grondsoorten. Zo saai.
Hij weet vast niet de hele waarheid.
Hij weet vast wat te doen.
Hij weet vast dat ik hem wantrouw en wil de stad verlaten.