Examples of using Hoe is het in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Hoe is het met Chloe?-Ja?
Hoe is het met de vrouw en kids? Jason?
Hoe is het met je lieve moedertje?
Proost. Hoe is het om hier te wonen?
Hoe is het met Tom en de kinderen?
Hoe is het met jou en Dawson?
Hoe is het met Chris, Liam en Luke?
Hoe is het met Nancy?
Hoe is het gegaan vandaag? Hoi.
Hoe is het daar dan?
Hoe is het bij jou, Eats? Over?
Hij rust met Nick. Hoe is het met Curtis?
Hoe is het met Nick en Carol?
Ja. Hoe is het met haar?
Hoe is het met moeder en vader?
Hoe is het in Mexico?
Julia, hoe is het met jou?
Hoe is het met Curtis? Hij rust met Nick.
Hoe is het met Mick en Alida?
Hoe is het met jullie moeder?