Examples of using Koel in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Koel drinkwater met een druk op de knop.
Koel na het openen en onmiddellijk na elk gebruik.
Blijf koel.- Genoeg.
We zijn niet koel, maar opgelaten.
Ja, het water was lekker en koel.
Deze koel polsband is uitgevoerd in een blauwe print.
Koel de mal bij de voorbereiding van de vulling.
De villa is koel ingericht in een sobere….
Producten getagd met koel wit 80 led.
Koel blijven, jongens.
Goed koel, met twee glazen.
Ik begrijp niet hoe jij zo koel kunt zijn.
In de kerk is het koel.
Koel een cocktailglas met gecrunched ijs 2.
Koel tijd: 1 uur in de koelkast.
Bedek en koel tenminste voor een uur, best overnacht.
Koel, wie is dit?
Blijf koel, jongens.
Met deze efficiënte eindversterkers kan dus stil en koel gewerkt worden!
De sterke Cool-Ice box die levensmiddelen en drankjes koel houdt als de temperatuur stijgt.