Examples of using Ritme in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Het ritme van een interview"?
Langzaam, in het ritme, voorwaarts.
Ik heb het ritme.
Phoepe ook, die ritme en rijmen en interne monologen.
Ik had al ritme in mijn hoofd toen ik nog in pampers liep.
Met dat ritme betaalt n werkloosheidsuitkering beter.
Z'n ritme is normaal.
Nu zijn jullie uit 't ritme.
Iets dat swingt met het ritme van New Orleans.
Dat ritme bevalt me niet.
Druk op Afspelen, voel het ritme en begin te hardlopen.
Langzaam komt de tijd terug naar zijn gewone ritme.
Cadans en ritme.
Dit is DJ Urso, op het ritme van Araripe.
Zeven slokken in 'n ritme.
Alles na het ritme van de seizoenen.
De speaker beweegt het water in het ritme van de muziek.
Als de klok ons eigen ritme heeft vermoord.
Maar het is het ritme van ons huwelijk.
Hetzelfde ritme.