Examples of using Zat vast in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Een vrouw zat vast in haar auto.
Hij zat vast in de daksteun.
Ik zat vast op mijn werk.
Dat joch zat vast bij een bende.
Dus ik zat vast op de campus.
Ik zat vast onder de wagen.
Ik zat vast en jij.
Ik zat vast te kankeren, want toen we Duke's voorbij reden zei Micky.
Het zat vast aan het interventriculaire septum.
Hij zat vast.
Ik zat vast in de mijnen.
Ik zat vast in het werk. Het spijt me.
Ze zat vast in de modder.
Ik zat vast in de klok.
De bestuurder zat vast te appen.
Je zat vast in de metro.
Het zat vast een de romp van een zeilboot.
Het zat vast in deze pin.
Hij zat vast.
De klep zat vast en ik kon hem niet uitzetten.