ZAT VAST - vertaling in Duits

• steckte
• war gefangen
• klemmte
• saß fest
• hing fest
• war sicher
• klebte
• verfing sich
• war eingeklemmt
• war wohl
• waren vermutlich

Voorbeelden van het gebruik van Zat vast in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

Er zat vast geen rolletje in de camera.
In der Kamera war sicher gar kein Film.

Ik zat vast in Canada. Waarom niet?
Warum nicht? Ich saß fest in Kanada?

Mijn rits zat vast.
Mein Reißverschluss hing fest.

Maar ze zat vast.
Aber sie war gefangen.

Ze zat vast.
Sie war eingeklemmt.

Hij zat vast aan de bodem van de doos.
Er klebte am Boden der Kuchenschachtel.

Het zat vast in de afvoer.
Sie steckte im Abfluss.

Hij zat vast in je jaszak.
Es verfing sich in deiner Tasche.

Zijn jas zat vast.
Sein Jackett hing fest.

Dat zat vast aan z'n vest.
Und das klebte an seiner Jacke.

Hij zat vast. Vergeleken met wat?
Womit verglichen? Er war eingeklemmt.

Hij zat vast in de kast.
Er war wohl verkappt.

Dit zat vast in het bankje.
Das hier steckte in einer Bank fest.

maar m'n jurk zat vast in het stuur.
aber mein Kleid verfing sich in der Schaltung.

Hij zat vast. Ja maar.
Ja, aber… Er war eingeklemmt.

Er zat vast gif aan het mes.
Die Klinge war wohl vergiftet.

U zat vast in het voetbalteam of zoiets, hè?
Sie waren vermutlich in einer Fußballmannschaft oder so was, stimmt's?

Zijn poot zat vast in een klem.
Seine Pfote steckte in einer Falle.

Het zat vast tussen het lichaam en het tuig.
Sie steckte zwischen der Leiche und dem Apparat.

Jij zat vast nog op de basisschool.
Sie waren vermutlich noch in der Schule.