Examples of using Zit in een vliegtuig in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Middels bewijs. Jennifer zit in een vliegtuig.
Middels bewijs. Jennifer zit in een vliegtuig.
Hij zit in een vliegtuig.
Je zit in een vliegtuig.
Ze zit in een vliegtuig, oke?
Je zit in een vliegtuig dat neerstort.
Ik zit in een vliegtuig.
Ik zit in een vliegtuig.
Ik zit in een vliegtuig Op het punt om te vertrekken.
Ze zit in een vliegtuig.
Ik zit in een vliegtuig dat neerstort in de oceaan.
Hij zit in een vliegtuig, voordat het proces begint.
Nee, die zit in een vliegtuig richting El Salvador.
Hij zit in een vliegtuig.
Ik zit in een vliegtuig.
Ik zit in een vliegtuig over de Stille Oceaan.
Nee, die zit in een vliegtuig richting El Salvador.
Ik zit in een vliegtuig.
Ik zit in een vliegtuig.
Roger zit in een vliegtuig naar Londen, maar ik sprak met hem alvorens hij wegging,