NOT BE AFRAID in Dutch translation

• niet bang zijn
• niet vrezen
• niet schrikken
• geen angst
• niet bevreesd zijn
• niet angstig zijn
• wees niet bang
• niet bang is
• niet bang was
• vrees niet

Examples of using Not be afraid in English and their translations into Dutch

You should not be afraid that you're hurting him.
Niet bang zijn dat u hem pijn doet.

should not be afraid ышËшчbp.
moet lirizma" niet vrezen.

You shouldn't be afraid to use the Veronal to help you sleep.
Wees niet bang voor Veronal om te slapen.

And not be afraid to fail.
En niet bang was om te falen.

Ooh, you must not be afraid, Master Jim.
Oh, je moet niet bang zijn, Meester Jim.

You needn't be afraid to speak with us.
Wees niet bang om ons iets te vertellen.

Isang to him… so he wouldn't be afraid.
Zodat hij niet bang was. Ik zong voor 'm.

In God I trust; I shall not be afraid.
Op God vertrouw ik, ik vrees niet;

People should not be afraid of their governments.
Het volk moet niet bang zijn voor de regering.

You must resist this, you should not be afraid you should leave.
Je moet het doen. Wees niet bang. Je moet bij hem weg.

In God, I put my trust. I will not be afraid.
Op God vertrouw ik, ik vrees niet;

I sang to him you know, so he wouldn't be afraid.
Ik zong voor 'm, zodat hij niet bang was.

So you must not be afraid.
Je moet niet bang zijn.

They shouldn't be afraid to take the lead.
Wees niet bang om het voortouw te nemen.

How could you not be afraid, Jason?
Hoe kon je niet bang zijn, Jason?

Should not be afraid, you need to understand.
Wees niet bang, je moet het begrijpen.

So you need not be afraid, little Tiger.
Dus je hoeft niet bang zijn, kleine Tijger.

You mustn't be afraid, whatever happens it is God's plan.
Wees niet bang, wat er ook gebeurt, het is Gods plan.

We must not be afraid of our dealings these Vikings.
Laten we niet bang zijn van deze Vikingen met wie we optrekken.

Can't be afraid to get your hands dirty.
Wees niet bang om je handen vuil te maken.