WILL BORROW in Dutch translation

• leen
• lenen
• mag
• leent

Examples of using Will borrow in English and their translations into Dutch

I will borrow one for you.
Ik kan er een voor je lenen.

I will borrow it from Santa.
Ik leen het van de kerstman.

I will borrow a dress from Norma.
Ik moet 'n jurk van Norma lenen.

I will borrow it from you. Three million.
Drie miljoen. Ik leen het van jou.

Million. I will borrow it from you.
Drie miljoen. Ik leen het van jou.

I will borrow it from you. 3 million.
Drie miljoen. Ik leen het van jou.

I will borrow a few.- Okay.
Oké. Ik leen wel wat.

Three million. I will borrow it from you.
Drie miljoen. Ik leen het van jou.

I will borrow your car and take a look.
Leen me je auto, dan ga ik morgen.

We will borrow from Epstein.
We lenen wel van Epstein.

I will borrow that, then.
Dan leen ik dat.

I will borrow them when I want to.
Ik zal hem lenen wanneer ik hem ook wil.

I will borrow, pay what it costs.
Ik zal het lenen en betalen wat het kost.

I will borrow what I have to to pay the rest.
Ik zal lenen wat nodig is om de rest te betalen.

I will borrow that, then.
Dan Ieen ik dat.

We will borrow'em.
We lenen ze even.

I will borrow it from Quark. Fine.
Dan leen ik 't wel van Quark.

I will borrow it from Quark. No.
Dan leen ik 't wel van Quark.- Nee.

Maybe I will borrow yours next time!
Kan ik volgende keer de jouwe lenen?

Wait, girls, I will borrow.
Wacht, ik leen het wel.