YOURSELF WHEN YOU in Dutch translation

[jɔː'self wen juː]
[jɔː'self wen juː]
jezelf als je
yourself if you
yourself when you
yourself as you
yourselves as you
jezelf wanneer je
yourself when you
jezelf toen je
yourself when you
zelf als je
even if you
yourself if you
yourself when you
myself if you

Examples of using Yourself when you in English and their translations into Dutch

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
You will not be judging yourself when you search in the mirror.
Je zal niet oordelen jezelf als je zoekt in de spiegel.
And then puke all over yourself when you came out of the roll?
En dan spuug je over jezelf als je uit de duikeling kwam?
You will certainly no more be judging yourself when you search in the mirror.
U zult zeker niet meer te oordelen jezelf als je zoekt in de spiegel.
Oscar, you are not yourself when you feed.
Oscar, je bent niet jezelf als je eet.
don抰 lie to yourself when you are shopping.
donæŠ ° ligt aan jezelf als je winkelen.
You will certainly not be evaluating yourself when you look in the mirror.
U zult zeker niet meer te oordelen jezelf als je in de spiegel kijkt.
Ask her yourself when you to speak to her.
Vraag het haar zelf maar, als je haar ziet.
Choose yourself when you are professionally accessible Want lots more inspiring examples? Free e-book.
Bepaal zelf wanneer u professioneel bereikbaar bent Véél meer inspirerende voorbeelden? Gratis e-book.
You decide yourself when you start and how many miles you walk each day.
Je bepaalt zelf wanneer je vertrekt en hoe je de tocht invult.
What did you tell yourself when you poisoned her?
Wat zei je tegen jezelf, toen je haar vergiftigde?
You can tell him yourself when you get out of that muck. Okay.
Zeg het hem zelf maar als je uit die smurrie bent.
You talk to yourself when you're taking a piss?
Praat je met jezelf als je pist?
Listen, just watch yourself when you're going home tonight, okay?
Luister, pas goed op jezelf als je naar huis gaat, oké?
Tell him yourself when you see him.
Vertel hem dat maar als je hem ziet.
You will no more be evaluating yourself when you look in the mirror.
U zult niet meer worden de evaluatie van jezelf als je in de spiegel kijkt.
You will certainly not be evaluating yourself when you look in the mirror.
Je zal zeker niet de evaluatie van jezelf als je kijkt in de spiegel.
Feeling joy yourself when you see it in others is love.
Het voelen van blijdschap over jezelf als je dat in anderen ziet, is liefde.
You will not be evaluating yourself when you search in the mirror.
Je zal niet de evaluatie van jezelf als je zoekt in de spiegel.
Is that what you tell yourself when you're scared?
Zeg je dat tegen jezelf als je bang bent?
Is that what you tell yourself when you're scared?
Vertel je jezelf dat als je bang bent?
Results: 88, Time: 0.0515

Word-for-word translation

Top dictionary queries

English - Dutch