Voorbeelden van het gebruik van Aushilfe in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
ich bin keine Aushilfe mehr.
Wieso soll ich bedienen, wenn ich eine Aushilfe habe?
Nein. Sie suchten eine Aushilfe.
Sie müssen die Aushilfe sein.
Je moet de uitzendkracht zijn.Ich habe mich gefragt, ob Sie immer noch eine Aushilfe suchen?
Ik vroeg me af of je nog een hulp zoekt?Wir brauchen eine Aushilfe.
We hebben een invaller nodig.Ich war Aushilfe.
Ik was uitzendkracht.Ich bin Marla, Ihre Aushilfe.
Ik ben Marla, jullie invaller.Nein, ich möchte die Grenze zwischen Führung und Aushilfe bewahren.
Nee, ik wil wat afstand bewaren tussen de top en de hulp.Er ist nur eine Aushilfe.
Hij is maar een uitzendkracht.Nein. Sie ist eine Aushilfe.
Nee, dat is een invaller.Ryan, die Aushilfe.
Ryan de uitzendkracht.Mein Gott, den Kerl hätte ich fast als Aushilfe eingestellt.
Mijn god, ik had hem bijna als invaller ingehuurd.Das wäre unbefristet.- Als Aushilfe.
Dit is voor vast. Als uitzendkracht.Ich war eine Aushilfe.
Ik? Ik was een uitzendkracht.Ich bin Aushilfe.
Ik ben 'n uitzendkracht.Ich kann keine Aushilfe zu einer Beschattung mitnehmen.
Ik kan niet met een uitzendkracht gaan posten.Ich war'ne Aushilfe.
Ik was een uitzendkracht.Ganz schön frech für eine Aushilfe.
Je bent wel brutaal voor 'n uitzendkracht.du bist eine Aushilfe.
je bent een uitzendkracht.
