BAHNSTEIG - vertaling in Nederlands

perron
bahnsteig
gleis
plattform
bahnsteigende
platform
plattform
forum
bahnsteig
schürze
bohrinsel
rampe
station
bahnhof
haltestelle
laufwerk
sender
hauptbahnhof
bahnstation
antrieb
spoor
spur
schiene
gleis
eisenbahn
bahn
hinweis
strecke
finden
anzeichen
schienenverkehr
perrons
bahnsteig
gleis
plattform
bahnsteigende
trein
zug
bahn
eisenbahn
bahnhof
zugfahrt
schiene
stopps

Voorbeelden van het gebruik van Bahnsteig in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Der 12.18 Uhr Zug nach Irgendwo fährt auf Bahnsteig 11 ab.
De trein van 12:18 uur naar Elderware vertrekt op spoor 11.
Ich konnte den Bahnsteig riechen.
Ik kon het perron ruiken.
Fahr mit der Rolltreppe, wir treffen uns auf dem Bahnsteig.
Kom naar de roltrap en ontmoet me op het platform.
Es wird einfacher sein, sie erst nach der Ankunft auf dem Bahnsteig zu verhaften.
We arresteren ze pas bij aankomst op het station.
Da steht ein Zug an Bahnsteig 5.
Er is een treinop perron 5.
Der Täter hat seinen Wagen hinterm Bahnsteig abgestellt und kam übers Feld.
De dader parkeert de auto achter het spoor en gaat het veld over.
Eine plötzliche Brise wehte über den Bahnsteig.
Een plotselinge bries over het platform.
Und dann hat er auf den Bahnsteig gekackt.
En toen kakte hij op het perron.
Abfahrt 3.38 Uhr Metroliner nach New York von Bahnsteig 12.
De trein van 3:38 uur naar New York… vertrekt van spoor 12.
Zwei Agenten erwarten Sie am Bahnsteig.
Iemand van de NSS wacht op het platform.
Sie sind auf dem Bahnsteig.
Ze zijn op het perron.
Er war schon mal auf dem Bahnsteig, inspizierte ihn.
Hij was eerder op het platform om het te verkennen.
Irgendwas ist am Bahnsteig los.
Er is iets gebeurd op het perron.
Sie war auf dem Bahnsteig.
Ze was op het platform.
Da steht ein Zug an Bahnsteig 5.
Er is een trein op perron 5.
Die DST wartet am Bahnsteig.
Iemand van de NSS wacht op het platform.
Ich bin am Bahnsteig.
Ik ben op het perron.
Sie war auf dem Bahnsteig.
Ze was op het perron.
Er war schon mal auf dem Bahnsteig.
Hij was eerder op het perron.
Ich muss auf Bahnsteig B.
Ik moet naar perron B.
Uitslagen: 295, Tijd: 0.1397

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands