HACKEN - vertaling in Nederlands

• hacken
• hakken
• kraken
• inbreken
• hacking
• schoffels
• hak
• hackte
• hakt
• hielen
• een hack
• houwelen
• met hakken

Voorbeelden van het gebruik van Hacken in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Normalerweise hacken Sie ihnen die Hand ab.
Normaal hak je er een arm af.

Kannst du dich ins System hacken?
Kun je in het systeem inbreken?

Von hier senden wir und hacken uns in die Matrix.
Dit is het hoofddek. Vanuit deze kern zenden we ons signaal uit en kraken we de Matrix.

Ich kann jedes System hacken.
Ik kan elk systeem hacken.

Hacken ist wie Zaubern.
Hacking is zoals toveren.

Spaten, Hacken.
spaden, schoffels.

Sie hacken die Bergminze fein
Je hakt het bonenkruid fijn

Hör dir das an. Ich konnte Marvs Festplatte hacken.
Luister. Ik hackte Marv's harde schijf.

Guerrero hat Layla die Telefongesellschaft hacken lassen.
Guerrero heeft Layla laten inbreken bij de telefoonmaatschappij.

Ich will Pete in Stücke hacken.
Ik ga Pete in kleine stukjes hakken.

Ich nehme an, sie hacken die Kameras.
Ik neem aan dat ze de camera's hacken.

Kannst du dich in seinen Code hacken?
Kun jij zijn code kraken?

Und jetzt zum letzten Mal, geh Kaminholz hacken.
Voor de laatste keer, hak wat brandhout.

Auch als Hacken bekannt.
Ook wel bekend als hacking.

Ich konnte seine Geheimdienstakte hacken.
Ik hackte zijn werkdossier.

Wenn du etwas Brennholz hacken würdest, könnten wir es vielleicht schaffen.
Als je gewoon brandhout hakt, komen we nog eens uit de schulden.

MONTAG Holz hacken.
MAANDAG Hout hakken.

Das kann man nicht hacken.
Dat kun je niet kraken.

Ich kann alles hacken.
Ik kan alles hacken.

der das FBI hacken kann.
die bij de FBI kan inbreken.