Voorbeelden van het gebruik van Hank in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Was glaubt er, wer er ist, Hank Aaron?
Nenn mich einfach Hank.
Ich starb auf einem Volksfest, Hank.
Ik stierf op een kermis, Hank.Das wird super, Hank.
Het wordt geweldig, Henk.Flirten Sie mit meinem Mädel? Hank Moody!
Flirt niet met m'n meisje. Hank Moody!Gut gemacht, Hank.
Goed gedaan, Henk.Und er meinte, dass Hank sich um alles kümmert.
En eerlijk gezegd zei hij dat Hank het zou regelen.Sein bester Freund hieß Hank.
Zijn beste vriend heette Henk.Ich gehe. Wir treffen uns dort, Hank.
We gaan. We zien je daar, Hank.in die Wolken hinein. Mü-Mo und Hank flogen dem Himmel entgegen.
Vuilniswagen en Henk vlogen de lucht in….Heimkehr von hank williams.
HANK WILLIAMS KEERT TERUG.Hank, hier noch eins.
HANK, NOG EENTJE.Der andere, Hank… naja, Vern hat ihn aus den Augen verloren.
De andere, Hank, is hij uit het oog verloren.Und der Truthahn hier heißt Hank. Hanksgiving.
En de kalkoen heet Hank-- Hanksgiving.Wir reparieren den Zaun, das war übrigens Hank.
We repareren het hek. Dat was trouwens Hank's schuld.Das war übrigens Hank.
Dat was trouwens Hank's schuld.Das wird schwer, Hank.
Dat is een moeilijke, Hank.Das wird Ihnen gefallen, Hank.
Dat is het mooie, Hank.Wovon redet er da, Hank? Frag ihn?
Vraag het hem. Waar heeft hij het over, Hank?Tja, das ist der gute Teil, Hank.
Dat is het mooie, Hank.
