RUSS - vertaling in Nederlands

• russ

Voorbeelden van het gebruik van Russ in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Russ und ich spielen das dauernd.
Russ en ik spelen dit altijd.

Weil Russ es hat. Wieso gab Oma es ihm?
Hoe kon Meemaw het aan Russ geven en niet aan mij?

Russ und ich sind völlig verschiedene Menschen.
Russ en ik zijn totaal verschillende mensen.

Mit diesem Russ werde ich mein Gesicht ein wenig beschmieren.
Met die roet maak ik mijn gezicht wat zwart.

Russ, danke für deine Zeit.
Russ, bedankt voor je tijd.

Wachsende Rolle Russ lands, z.B. im Bereich Energie.
Steeds grotere rol van Rusland, bijv. op energiegebied.

Russ Jenkins sagt,
Russ Jenkins zegt

Ich bin Russ Taylor.
Ik ben rus taylor we zijn.

Russ Jenkins sagt,
Russ Jenkins zegt

Hey Russ, wie ist die Lage?
Hé, baas, wat is de situatie?

Russ nahm ihn in einem Kanu mit, das Indianerdorf.
Russ nam hem mee in een kano, naar het Indianen dorp.

Nein. Russ.
Aan Russ.-Nee.

Russ hat sich gestellt.
Russ heeft zich aangegeven.

Russ, was… Nein!
Russell, wat… Nee!

Russ, es wird Zeit.
Russ, het is tijd.

Russ, wo bist du? Russell?
Russell, waar ben je? Russell?.

Russ arbeitet in einem Gartencenter.
Russ werkt in een tuincenter.

Russ, hast du vielleicht später Zeit… einen Blick in mein Ideenbuch zu werfen?
Russel, ik vroeg me af of je straks even naar mijn ideeënboek wil kijken?

Russ, schleich dich zur Südseite. Nein.
Nee. Russ, ga via de zuidkant.

Russ hatte in Port Clinton zu tun, ich musst auf ihn warten.
Russell moest iets doen in Port Clinton.