ARTHUR - vertaling in Nederlands

• arthur
• artur
• arthur's

Voorbeelden van het gebruik van Arthur in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

Imagine, Arthur, what a palace we have built!
Kijk eens, Artur, wat een paleis we hebben gebouwd!

This is Arthur Jenkins.- Isabel Chang?
Isabel Chang? Ik ben Arthur Jenkins?

The Spanish princess and Prince Arthur performed their marriage duties.
De Spaanse prinses en prins Artur hebben hun huwelijkse plichten verricht.

I… Arthur, please.
ik… Arthur, alstublieft.

Okay, house belongs to Arthur Haskell.
Goed, het huis behoort toe aan Artur Haskell.

He shot Wallace. Arthur Bremer.
Hij schoot Wallace neer. Arthur Bremer.

I heard a lot about you. Arthur.
Ik heb veel over je gehoord. Artur.

Arthur Bremer. He shot Wallace.
Hij schoot Wallace neer. Arthur Bremer.

And we're betting on you, Arthur.
We rekenen op jou, Artur.

Hmm? Arthur.
Hmm? Arthur.

You're unwise, Arthur.
Je bent onverstandig, Artur.

Dad. Dad, I saw Bee Arthur today.
Pa, ik zag Bee Arthur vandaag.

John. I'm Arthur.
John. Ik ben Arthur.

But it could be Serena or Uncle Arthur or Daddy.
Maar het kan Serena geweest zijn of oom Arthur of pappa--.

Jimmy Blenkinsop one, Arthur Wilson two.
Jimmy Blenkinsop een, Arthur Wilson twee.

What are you talking about, Arthur?
Waar heb je het over, Arthur?

You're nothing, Arthur!
Je bent een nul, Arthur!

What you talking about, Arthur?
Waar heb je het over, Arthur?

You are all right, Arthur.
Je redt het best, Arthur.

Okay, but I'm cutting you off after this one, Arthur.
Vooruit dan. Maar dit is de laatste, Arthur.