JESS - vertaling in Nederlands

• jess

Voorbeelden van het gebruik van Jess in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

Jess, he doesn't even know he has feet.
Jesse, hij weet niet eens dat hij benen heeft.

Look who Jess is talking to.
Kijk 's met wie Jess aan 't kletsen is.

Milly and Jess have been best friends forever.
Milly en Jesse zijn altijd de beste vriendinnen geweest.

You wanna tell Jess that, or should I?
Vertel jij dat aan Jess, of moet ik dat doen?

You will watch Jess?
Let jij op Jess?

Hurry, Jess.- Um…- It's getting heavy.
Schiet op Jess… het wordt zwaar.

I will bring Jess and Evette and I will meet you at the station.
Ik ga met Jess en Evette vast naar 't station.

Jess, great news.
Jesse, fantastisch nieuws.

I'm meeting Jess at her sister's wedding to celebrate.
Naar Jess en de bruiloft van haar zus.

I asked Jess if she was all right
Ik vroeg aan Jess of ze oké was,

Jess, our first night in our new apartment.
Jesse, onze eerste nacht in ons nieuwe huis.

My God Jess, you were right.
Mijn God, Jesse je had gelijk.

Jess, grab the book.
Jesse, neem het boek.

You can thank Jess for finding this place.- This is Chris.
Je mag haar bedanken voor het vinden van deze plek.

Jess, we have to talk.
Jesse, we moeten praten.

Jess, where are you?
Jesse, waar zit je?

I keep telling Jess to change the locks,
Ik blijf zeggen tegen Jess om de sloten te veranderen,

Jess, I thought we were leaving.
Jesse, ik dacht dat we gingen.

Jess! Ethan is here!
Jesse, Ethan is hier!

Would you still have brought Jess?
Zou je dan Jessie nog meegenomen hebben?