WEEK - vertaling in Nederlands

• week
• weken
• weekje

Voorbeelden van het gebruik van Week in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

I bought them in black last week.
Ik kocht die in zwart vorige week.

This week we are trying to find out This week--.
Deze week- Deze week gaan we uitvinden.

Just that someone named Anderson took it a week ago.
Alleen dat ene Anderson het meenam twee weken geleden.

And I'm only moving for a week.
En het is maar voor een weekje.

A week ago. And you?
En u? Een week geleden?

To print your calendar in day, week, or month format.
Uw agenda in dag-, week- of maandformaat afdrukken.

I will be back in a week or two.
Ik ben binnen twee weken terug.

Go with me a week to Irak.
Ga met mij een weekje naar Irak.

You're in your fifth week, right?
U bent in uw vijfde week, toch?

This also works in the Week and Work Week views.
Dit werkt ook in de Week- en Werkweekweergave.

That was normal human fetus at week six.
Dat was een gewone menselijke foetus van zes weken.

Ron. Take a week off.
Ron, neem een weekje vrij.

He's playing in Austin next week.
Hij speelt volgende week in Austin.

In the month, week, or day view, highlight the desired entry.
Markeer het gewenste item in de maand-, week- of dagweergave.

You should stay here. Just a week.
Je moet hier blijven. Een weekje.

Two weeks at most. A week.
Een week, hoogstens twee weken.

I was in Spain last week.
Ik was in Spanje vorige week.

Delete a shift that contains activities from day, week or month view.
Verwijder een dienst met activiteiten via de dag-, week- of maandweergave.

You kissed a man six week.
Je hebt een man gekust, zes weken.

Couldn't we skip it this week.
Kunnen we niet een weekje overslaan.