Voorbeelden van het gebruik van Board in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Je gaat verliezen van de Board Girls.
Hé, je zou, haar board moeten bekijken.
Je snowboard boots zijn je directe verbinding met je board.
Ik had het niet over het board.
stap terug op je board.
Ik had het niet over 't board.
Ik zou willen weten hoe jij je voelt op je board.
Ik til je ook wel op het board.
Gooi je board eroverheen.
Nu Megan op het strand staat met een gebroken board.
Nico zette je op een board toen je twee was.
Virginia negeert Brown versus Board of Education.
Niets houdt jou tegen om dat board af te maken.
Ik mis een paar onderdelen onderaan mijn board.
Ik zet mezelf niet meer voor schut op een board.
Ja. Wat moet je precies compenseren met dat lange board van je?
Je hebt Ericks board verpest.
Ik zet mezelf niet meer voor schut op een board.
Je hebt ze net hun eerste board gegeven.
Zij brak haar board.