Voorbeelden van het gebruik van Coca-cola in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ik naar het Coca-Cola College.
Obama, Coca-Cola.
Maar Coca-Cola merkte iets op.
Dat de Coca-Cola gratis moet zijn.
The Coca-Cola Company wordt verwezen in de kosten.
Coca-Cola is een merk cola.
De meest recente betreffen aandelen Coca-Cola, Pepsi, Adidas,
Coca-Cola. Mag ik je iets vragen?
Het is onthutsend als je nadenkt over Coca-Cola.
Wil je een Coca-Cola?
En breng me een Coca-Cola.
Je mengt geen Macallan met coca-cola.
Noca Nola smaakte niet naar Coca-Cola, maar naar vruchtenlimonade.
zoals Pepsi, Coca-cola, Melk, Flessenwater enz.
Kan ik een Coca-Cola hebben?
Je moest alleen je Coca-Cola opdrinken!
Dat is, wel vijf keer zoeter dan Coca-Cola.
Werkt hij ook voor Coca-cola?
Dus wij moeten jullie het recept geven voor Coca-Cola….
Een spuitwater en een Coca-Cola.