Voorbeelden van het gebruik van Collar in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Collar. Ik moet je spreken.
Jij zou White Collar moeten leiden.
Ik wil Raelle Collar spreken.
Vorige keer bij White Collar.
Ze wil Raelle Collar en haar eenheid.
We moeten je terug krijgen naar White Collar.
Hij heeft hier vroeger bij White Collar gewerkt.
Een doorsnee dagje bij White Collar.
Het onderzoek gaat boven uw rang, Collar.
Collar, ik wil je in dat veld.
Verman je, Collar. Begint het nu?
Raelle Collar. Hoe weet je mijn naam?
Hoe ken jij mijn naam? Raelle Collar.
Willa Collar. Waarom is ze niet gekomen?
Dit onderzoek gaat boven jouw pet, Collar.
Tally Craven en Raelle Collar.
Ik heb met agent Franklin samengewerkt bij White Collar.
Voorafgaand bij White Collar… Laat me eens kijken.
Wat doet ze hier bij White Collar?
Dat was weer zo'n kenmerkende dag bij White Collar.