Voorbeelden van het gebruik van Drie vragen in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
En dat zijn drie vragen.
En ik heb drie vragen.
Dat waren… eigenlijk drie vragen.
Ik wil ze dus alle drie vragen.
Gaat u ze dat alle drie vragen?
Mijnheer de Voorzitter, ik kan deze drie vragen beantwoorden volgens het principe van werkverdeling.
We vragen elkaar drie vragen en zweren eerlijk te antwoorden.
Slechts drie vragen voor de bonus.
Drie vragen voor de super bonus.
Drie vragen.
Mevrouw Randzio-Plath stelt drie vragen.
ik wil de drie vragen graag tezamen beantwoorden.
Ik heb drie vragen.
Ik heb ook nog drie vragen.
Commissaris, in dit verband heb ik drie vragen.
De delegaties kregen in de Raadszitting drie vragen voorgelegd.
Er waren drie vragen.
Dus laten we deze drie vragen bekijken.
Geen woord' betekent niet drie vragen beantwoorden.
Geen enkel woord" betekent niet dat je drie vragen moet beantwoorden, Lily.